De wijzers van een klok
We volgen de wijzers van een klok, de grote en de kleine wijzer. Onder de stand van een wijzer verstaan we het getal op de wijzerplaat dat de wijzer aanwijst.
Bijvoorbeeld: om 14.15 uur is de stand van de kleine wijzer
en van de grote wijzer .
De stand van de grote en de kleine wijzer zijn periodieke functies.
Bepaal van beide functies de periode.
Teken voor uur de grafiek van de stand van de kleine wijzer. Zet op de horizontale as de tijd in uren en op de verticale as de cijfers van de wijzerplaat.
Teken in dezelfde figuur de grafiek van de stand van de grote wijzer.
Hoe vaak staan de wijzers precies op elkaar in een etmaal?
Bereken algebraïsch op welk tijdstip tussen 14.00 uur en 15.00 uur de wijzers precies op elkaar staan.
Geef je antwoord in minuten, seconden en honderdsten van seconden.
Bereken in radialen hoe groot de hoek tussen de grote en kleine wijzer is van een gewone klok om 10:10 uur. Rond je antwoord af op decimalen.
Hieronder staan de grafieken van twee sinusoïden.
Geef bij beide grafieken een formule in de vorm
. Licht je formule toe.
Voor een animatiefilm wordt de beweging van twee manen en rond een planeet gesimuleerd. De banen worden als cirkels in één vlak gekozen. In de figuur zie je het bovenaanzicht van een situatie op een bepaald moment. en bewegen in de richting van de pijl.
In het vooraanzicht bewegen
en zich over een rechte lijn volgens de formules
en
.
Hierin is de tijd in seconden en geven
en
de plaatsen van respectievelijk
ten opzichte van
aan in het vooraanzicht.
Teken op het werkblad in beide aanzichten de posities van en op het tijdstip .
Teken in één figuur de grafieken van en als functie van voor .
In het bovenaanzicht zie je voortdurend de werkelijke verhouding van de afstanden en , namelijk , in het vooraanzicht meestal niet.
Op welke tijdstippen, in het interval , zie je in het vooraanzicht twee keer zo ver van als ? Beschouw alleen de situaties waarbij en aan dezelfde kant van liggen.
Er is een kunstmaan gelanceerd. Deze kunstmaan is bedoeld om
van dichtbij te bestuderen.
bevindt zich in dezelfde baan als
en cirkelt met dezelfde snelheid als
en in dezelfde richting rond
.
ligt seconde voor op .
wordt toegevoegd aan de animatiefilm.
Geef een formule voor de plaats in het vooraanzicht als functie van
Fietsband
Mijn fietswiel heeft (inclusief fietsband) een doorsnede van cm.
Op het loopvlak van de fietsband zit een witte stip. Tijdens het fietsen verandert de hoogte van de stip voortdurend.
is de functie die de hoogte in cm van de witte stip ten opzichte van de straat beschrijft, waarbij de tijd in seconden is.
Ik fiets met een snelheid van km/uur.
Bereken exact de periode van in seconden. Geef je antwoord ook met decimalen.
Op tijdstip bevindt de witte stip zich op het hoogste punt.
Schets de grafiek van voor ruim periodes.
Geef een formule voor .
Los de onderstaande vergelijkingen algebraïsch op voor waarden van in het aangegeven interval. Geef je antwoorden afgerond op decimalen.
Controleer je antwoorden met je GR met intersect.
Voor : .
Voor : .
Voor : .
Voor : .
Hieronder staat de grafiek van een sinusoïde.
Geef (met toelichting) een formule bij de grafiek.
Deze sinusoïde wordt eerst met eenheden naar boven geschoven en daarna vermenigvuldigd met een factor ten opzichte van de -as.
Teken de nieuwe grafiek in het rooster op het werkblad.
Geef een formule voor de nieuwe sinusoïde.
Geef ook een formule voor de grafiek die je krijgt door de volgorde om te draaien, dus eerst ten opzichte van de -as te vermenigvuldigen en daarna omhoog te schuiven.