rechthoekige driehoeken

Een driehoek met een rechte hoek heet een rechthoekige driehoek.

De zijden die samen de rechte hoek vormen, worden de rechthoekszijden genoemd. De zijde tegenover de rechte hoek heet de schuine zijde van de rechthoekige driehoek. De schuine zijde wordt ook wel hypotenusa genoemd.

de stelling van Pythagoras

In een rechthoekige driehoek geldt: de oppervlakte van het vierkant op de schuine zijde is gelijk aan de som van de oppervlaktes van de vierkanten op de rechthoekszijden.

Deze eigenschap heet de stelling van Pythagoras.

recht of niet?

De lengten van de zijden van een driehoek noemen we a , b en c .
Als a 2 + b 2 = c 2 , dan is de hoek tegenover de zijde van lengte c recht.
Als a 2 + b 2 c 2 , dan is de hoek tegenover de zijde van lengte c niet recht.

wortels

Het getal waarvan het kwadraat 19 is, is irrationaal. We noemen dit getal de wortel van 19 en noteren het met 19 .

Dus ( 19 ) 2 = 19 .

Wortels kun je op je rekenmachine benaderen met de worteltoets. Meestal is het antwoord niet precies.

19 benader je door in te toetsen 19.
19 4,36 .

Je kunt wortels ook schatten.

Zo geldt: 19 > 16 en 19 < 25 .

Dus 19 ligt tussen de 4 en 5.

speciale driehoeken

In een 30 - 60 - 90 -driehoek verhouden de lengten van de zijden zich als 1 : 3 : 2 .






In een 45 - 45 - 90 -driehoek verhouden de lengten van de zijden zich als 1 : 1 : 2 .

de stelling van Pythagoras in de ruimte

Voor de lengte d van een lichaamsdiagonaal in een balk met ribben van lengte a , b en c geldt:

d 2 = a 2 + b 2 + c 2 .