Breuken op de getallenlijn
1

Op de getallenlijn is een stuk tussen 0 en 1 afgebeeld. Op deze getallenlijn zijn ook 1 2 en 1 3 aangegeven.


Neem de getallenlijn over in je schrift en geef 2 3 , 1 4 en 1 6 aan.

2

Het stuk van de getallenlijn tussen 4 en 5 is in zeven gelijke stukken verdeeld.


Neem de getallenlijn over en zet de juiste getallen bij de streepjes.

3

Op de getallenlijn gaan we een nieuw getal maken: het tegengestelde van 2 1 2 .

a

Hoe zou jij het tegengestelde van 2 1 2 noteren?

b

Neem de getallenlijn over en geef ‐2 1 2 aan op de getallenlijn.

c

Geef ook 1 2 en ‐1 1 2 aan.

4

Getekend zijn vier getallenlijnen.

Welke getallen moeten bij de pijltjes staan?

5

De getallenlijn is in 32 stukjes verdeeld.

Welke getallen moeten bij de pijltjes staan?

Gemiddelde
6

Van drie stukken op de getallenlijn is het midden aangegeven.

a

Welke getallen horen bij die middens?

Het getal op de getallenlijn midden tussen 1 3 en 3 5 vind je door de breuken eerst gelijknamig te maken.

b

Neem over en vul in.

1 3 = ... 15 en 3 5 = ... 15

Midden tussen 1 3 en 3 5 ligt ......

Het gemiddelde van twee getallen ligt midden tussen die twee getallen. Je vindt het gemiddelde van twee breuken door de breuken eerst gelijknamig te maken.

7

Bereken het gemiddelde van 3 8 en 1 3 .

Rekenen met breuken
8

Op de getallenlijn is de plaats van 0, 2 3 en 2 aangegeven.

a

Neem de getallenlijn over en geef de plaats van 2 2 3 ( = 2 + 2 3 ) en van 1 1 3 ( = 2 2 3 ) aan.

b

Hoeveel cm ligt 2 2 3 rechts van 2? En 1 1 3 links van 2?

9

Bereken:

‐2 1 3 + ‐1 2 3 1 1 2 + ‐2 1 2
2 5 + 2 1 5 59 1 7 + 60
‐2 1 4 + 5 1 4 ‐6 1 6 + ‐3 5 6
5 5 8 + 94 3 8 ‐5 2 13 + 5 2 13
10
11

Op de getallenlijn is, naast 0 en 2 3 , nog een getal x aangegeven.

a

Neem de getallenlijn over en geef ook de getallen x + 2 3 en x 2 3 aan.

b

Neem over en vul in.

..... + 2 3 = 5 ..... 2 3 = 5
..... + 2 3 = ‐8 ..... 2 3 = ‐8
..... + 2 3 = 0 ..... 2 3 = 0
10s
11s

Op de getallenlijn is, behalve 0 en 1 1 2 , nog een ander getal aangegeven, namelijk x .

a

Neem de getallenlijn over en geef de plaats van x + 1 1 2 en x 1 1 2 aan op de getallenlijn.
Schrijf er x + 1 1 2 en x 1 1 2 bij.

Op de getallenlijn zijn x en ‐2 x aangegeven.

b

Welk getal ligt precies tussen x en ‐2 x ?

c

Neem de getallenlijn over en geef de getallen 0, x , 2 x , 1 2 x en ‐1 1 2 x aan.

12

Bereken:

8 3 8 ‐7 4 7 ‐11 7 11
3 4 1 3 2 5 1 6 1 2 4 9
2 7 7 5 9 9 ‐4 3 8 0
x 7 7 x 9 9 x 0
13

Neem over en vul in.
3 : 8 = ..... , want 8 ..... = 3
‐3 : 8 = ..... , want .....
3 : ‐8 = ..... , want .....
‐3 : ‐8 = ..... , want .....

3 : 8 = 3 8 en ‐3 : ‐8 = ‐3 ‐8 = 3 8 3 : ‐8 = 3 ‐8 = 3 8 en ‐3 : 8 = ‐3 8 = 3 8
Conclusie: 3 8 = ‐3 ‐8 Conclusie: ‐3 8 = 3 ‐8 = 3 8